Présent/Onvoltooid Tegenwoordige tijd (OTT)
Ik begin.
Je/U begint.
Hij/Ze/Het begint.
We beginnen.
Jullie beginnen.
Ze beginnen.
Passé composé/Voltooid Tegenwoordige tijd (VTT)
Ik ben begonnen.
Je/U bent begonnen.
Hij/Ze/Het is begonnen.
We zijn begonnen.
Jullie zijn begonnen.
Ze zijn begonnen.
Imparfait + Passé simple/Onvoltooid Verleden Tijd (OVT)
Ik begon.
Je/U begon.
Hij/Ze/Het begon.
We begonnen.
Jullie begonnen.
Ze begonnen.
Futur simple/Onvoltooid Tegenwoordige Toekomende Tijd (OTTT)
Ik zal beginnen.
Je/U zal beginnen.
Hij/Ze/Het zal beginnen.
We zullen beginnen.
Jullie zullen beginnen
Ze zullen beginnen.
Conditionnel présent/Onvoltooid Verleden Toekomende Tijd (OVTT)
Ik zou beginnen.
Je/U zou beginnen.
Hij/Ze/Het zou beginnen.
We zouden beginnen.
Jullie zouden beginnen.
Ze zouden beginnen.
PRONONCIATION : (C.Vijverman)