Présent/Onvoltooid Tegenwoordige tijd (OTT)
Ik zoek.
Je/U zoekt.
Hij/Ze/Het zoekt.
We zoeken.
Jullie zoeken.
Ze zoeken.
Passé composé/Voltooid Tegenwoordige tijd (VTT)
Ik heb gezocht.
Je/U hebt gezocht.
Hij/Ze/Het heeft gezocht.
We hebben gezocht.
Jullie hebben gezocht.
Ze hebben gezocht.
Imparfait + Passé simple/Onvoltooid Verleden Tijd (OVT)
Ik zocht.
Je/U zocht.
Hij/Ze/Het zocht.
We zochten.
Jullie zochten.
Ze zochten.
Futur simple/Onvoltooid Tegenwoordige Toekomende Tijd (OTTT)
Ik zal zoeken.
Je/U zal zoeken.
Hij/Ze/Het zal zoeken.
We zullen zoeken.
Jullie zullen zoeken.
Ze zullen zoeken.
Conditionnel présent/Onvoltooid Verleden Toekomende Tijd (OVTT)
Ik zou zoeken.
Je/U zou zoeken.
Hij/Ze/Het zou zoeken.
We zouden zoeken.
Jullie zouden zoeken.
Ze zouden zoeken.
PRONONCIATION : (C.Vijverman)